22-05-2014, 06:30 PM
Zuid-Afrika – Oogst 2014
Veel neerslag, soms op ongewenste momenten, is bepalend geweest voor de oogst 2014 in Zuid-Afrika. Uitdagende condities, heet het dan in wijnbouwjargon, liefst met een goede afloop erbij. Dat lijkt ook het geval te zijn, zij het dat de kustgebieden het er in de regel beter van afgebracht hebben dan andere regio’s. Het totale oogstvolume van 2014 ligt op circa 1.460.000 ton, 2,6 % onder dat van het recordjaar 2013. Deze hoeveelheid druiven is goed voor 1.130.000 liter wijn, basiswijn voor brandy, concentraat en sap.
Het groeiseizoen 2013/2014 begon met een koude en natte winter die voor een prima waterreserve in de bodem zorgde en een gelijkmatige start van de vegetatie mogelijk maakte. Die vegetatie verliep aanvankelijk nogal langzaam door koel en nat weer aan het begin van het seizoen. Het betekende ook de nodige dreiging van ziekten. Regen medio november maakte de bestrijding daarvan extra moeilijk. Zodoende heeft poederige meeldauw nogal wat schade kunnen aanrichten. Bloei en vruchtzetting verliepen gelukkig goed, zodat zich een mooi volume aandiende. De regen in november leidde echter tot overmatige groei en de noodzaak tot uitdunnen van het bladerdek met het oog op zonlicht en beluchting. Begin januari kwam de regen vooral in het binnenland weer met bakken naar beneden - in de Breede Rivier Vallei 150 mm in vier dagen – met als gevolg weer dreiging van ziekte en rotting. Dichter bij de kust was dat veel minder het geval. Daarna was het droog bij gematigde temperaturen tot half februari, gevolgd door warmte die plotseling een onverwachte rijping veroorzaakte. Maart was weer koeler en zag aan het einde ervan nog maar weer eens regen. De pluk duurde zodoende tot half april.
De pluk begon een tot twee weken later dan normaal door de koude winter en koele lente. Veel neerslag in het midden van november en in januari maakte het telers mogelijk om veel minder te irrigeren dan doorgaans het geval is. Anderzijds werden ze wel gedwongen om striktere maatregelen te treffen tegen schimmel. Vooral in de kustgebieden zijn bovengemiddelde opbrengsten met uitstekende kwaliteit gerealiseerd. Ondanks verliezen door rotting zijn ook in irrigatiegebieden goede volumes gehaald. Oranje Rivier kreeg echter te maken met de grootste vorstschade in jaren en als gevolg daarvan een veel kleinere oogst dan normaal.
Een eerste, globale impressie per district:
Breedekloof – Ideaal jaar met prima kwaliteit en kwantiteit voor rood en wit.
Klein Karoo – Goede, maar qua volume wat kleinere oogst dan in het recordjaar 2013 met shiraz, chardonnay en merlot als meest succesvolle rassen.
Malmesbury – Goede bodemvochtigheid in dit overwegend niet-geïrrigeerde gebied (Swartland) zorgde voor goede kwaliteit en kwantiteit.
Olifants Rivier – Wat kleinere opbrengst door rotting, kwaliteit bevredigend.
Oranje Rivier – Veel vorstschade leidde tot een substantieel kleinere opbrengst. Op zijn best voor witte rassen als colombard, chenin blanc en muscadel.
Paarl – Uitzonderlijk jaar met vooral in niet-geïrrigeerde wijngaarden veel hogere opbrengst dan normaal en naar verwachting zeer goede kwaliteit.
Robertson – Laat en veeleisend jaar met gemiddelde opbrengst en bevredigende kwaliteit.
Stellenbosch – Een van de natste jaren sinds tijden, maar goed wat betreft zowel opbrengst als kwaliteit.
Worcester – Bijzonder lastig groeiseizoen, maar toch een bovengemiddelde opbrengst en opvallend goede resultaten voor chenin blanc.
Veel neerslag, soms op ongewenste momenten, is bepalend geweest voor de oogst 2014 in Zuid-Afrika. Uitdagende condities, heet het dan in wijnbouwjargon, liefst met een goede afloop erbij. Dat lijkt ook het geval te zijn, zij het dat de kustgebieden het er in de regel beter van afgebracht hebben dan andere regio’s. Het totale oogstvolume van 2014 ligt op circa 1.460.000 ton, 2,6 % onder dat van het recordjaar 2013. Deze hoeveelheid druiven is goed voor 1.130.000 liter wijn, basiswijn voor brandy, concentraat en sap.
Het groeiseizoen 2013/2014 begon met een koude en natte winter die voor een prima waterreserve in de bodem zorgde en een gelijkmatige start van de vegetatie mogelijk maakte. Die vegetatie verliep aanvankelijk nogal langzaam door koel en nat weer aan het begin van het seizoen. Het betekende ook de nodige dreiging van ziekten. Regen medio november maakte de bestrijding daarvan extra moeilijk. Zodoende heeft poederige meeldauw nogal wat schade kunnen aanrichten. Bloei en vruchtzetting verliepen gelukkig goed, zodat zich een mooi volume aandiende. De regen in november leidde echter tot overmatige groei en de noodzaak tot uitdunnen van het bladerdek met het oog op zonlicht en beluchting. Begin januari kwam de regen vooral in het binnenland weer met bakken naar beneden - in de Breede Rivier Vallei 150 mm in vier dagen – met als gevolg weer dreiging van ziekte en rotting. Dichter bij de kust was dat veel minder het geval. Daarna was het droog bij gematigde temperaturen tot half februari, gevolgd door warmte die plotseling een onverwachte rijping veroorzaakte. Maart was weer koeler en zag aan het einde ervan nog maar weer eens regen. De pluk duurde zodoende tot half april.
De pluk begon een tot twee weken later dan normaal door de koude winter en koele lente. Veel neerslag in het midden van november en in januari maakte het telers mogelijk om veel minder te irrigeren dan doorgaans het geval is. Anderzijds werden ze wel gedwongen om striktere maatregelen te treffen tegen schimmel. Vooral in de kustgebieden zijn bovengemiddelde opbrengsten met uitstekende kwaliteit gerealiseerd. Ondanks verliezen door rotting zijn ook in irrigatiegebieden goede volumes gehaald. Oranje Rivier kreeg echter te maken met de grootste vorstschade in jaren en als gevolg daarvan een veel kleinere oogst dan normaal.
Een eerste, globale impressie per district:
Breedekloof – Ideaal jaar met prima kwaliteit en kwantiteit voor rood en wit.
Klein Karoo – Goede, maar qua volume wat kleinere oogst dan in het recordjaar 2013 met shiraz, chardonnay en merlot als meest succesvolle rassen.
Malmesbury – Goede bodemvochtigheid in dit overwegend niet-geïrrigeerde gebied (Swartland) zorgde voor goede kwaliteit en kwantiteit.
Olifants Rivier – Wat kleinere opbrengst door rotting, kwaliteit bevredigend.
Oranje Rivier – Veel vorstschade leidde tot een substantieel kleinere opbrengst. Op zijn best voor witte rassen als colombard, chenin blanc en muscadel.
Paarl – Uitzonderlijk jaar met vooral in niet-geïrrigeerde wijngaarden veel hogere opbrengst dan normaal en naar verwachting zeer goede kwaliteit.
Robertson – Laat en veeleisend jaar met gemiddelde opbrengst en bevredigende kwaliteit.
Stellenbosch – Een van de natste jaren sinds tijden, maar goed wat betreft zowel opbrengst als kwaliteit.
Worcester – Bijzonder lastig groeiseizoen, maar toch een bovengemiddelde opbrengst en opvallend goede resultaten voor chenin blanc.