Domaine Huet, AOC Vouvray

[doc]

Aldus schreef Jan De Clercq over de Pétillant 02 Huet

De Pétillant 2002 van Huet stond al eens in een nieuwsbrief van juni 2007. We schreven toen het volgende : “De Chenin druif met zijn frisse zuren leent zich goed tot het maken van een mousserende wijn. De meeste Crémant de Loire en Saumur bevatten veel Chenin en de kleinere AOC Montlouis en Vouvray bestaan uit 100 % Chenin. De Méthode Traditionnelle (vroeger Méthode Champenoise genoemd) zorgt voor een fijne kwaliteit, zeker als men het geduld heeft de wijnen een tijdje in contact te laten met de fijne droesem. Het wettelijke minimum is 9 maand contact maar bij de betere cuvées kan dat oplopen tot 24 of 36 maand (zoals de fijnste Champagnes).Een specialiteit van Vouvray en Montlouis is de zogenaamde ‘Pétillant’. Men voegt voor de tweede gisting wat minder suiker toe en je krijgt dan ook duidelijk minder koolzuurgas. De druk in de fles ligt bij een pétillant op 2,5 bar terwijl dat bij een ‘klassieke’ mousseux rond de 5,5 bar draait. Een pétillant heeft dus wat minder bubbels en geeft de smaak van de wijn iets meer ruimte om zich te ontplooien. Deze stijl bestond ook in de Champagne streek (met 3,5 tot 4 bar druk) en werd vaak ‘crémant’ genoemd. Zo had je bvb de ‘Crémant de Cramant’ van het huis Mumm. Gezien de mogelijke verwarring met de benaming Crémant uit andere streken werd onder Europese druk deze benaming in de Champagne verboden. De stijl bestaat wel nog altijd (Mumm de Cramant, Lilbert Perle,…) maar is heel zeldzaam geworden.Voor de mousserende wijnen van Vouvray en Montlouis koos men meestal de zuurste (en kleinste) jaren. Wat zelfs niet meer voor een ‘sec’ kon dienen werd dan als basiswijn aangewend voor ‘mousseux’. Bij Huet ligt de focus nu zodanig op kwaliteit en precisie dat ook in de ‘Pétillant’ enkel topmateriaal wordt gebruikt en dat ook hier de indringende mineraliteit en loepzuiverheid van een topchenin doorschijnt..” Het is zeker niet onze gewoonte om dezelfde wijn na vier jaar opnieuw als ‘ontdekking’ naar voor te schuiven. Vooraleer u ons van gemakzucht beschuldigt moeten we nuanceren dat het inderdaad om identiek dezelfde wijn gaat maar die toch WEZENLIJK verschillend is. Een paradox ? Nee, maar wel een heel mooi bewijs dat enkele jaren extra veroudering op de fijne droesem een wereld van verschil kan maken. Bij Huet vonden ze de kwaliteit van hun 2002 zo uitzonderlijk dat ze besloten om een grote hoeveelheid flessen verder te laten rijpen op de fijne droesem en ze dan later uit te brengen als een ‘Réserve’. Qua smaak is er namelijk een groot verschil tussen een fles die gedégorgeerd (droesem verwijderen) wordt en die in uw kelder vier jaar rijpt en een fles die op zijn droesem blijft zitten en pas later (in dit geval na 9 jaar !) word gedégorgeerd. Zolang de wijn op die voedingsbodem zit van dode gistcellen blijft hij enerzijds een grotere frisheid bewaren maar tegelijk verrijkt de wijn zich enorm en krijgt hij meer textuur, diepte en complexiteit . Net zoals in de Champagne streek doet men dat wel enkel met de beste cuvées en in de allerbeste jaren. Ook onze conclusie van toen blijft geldig : “ De ragfijne zuren van het jaar geven deze Pétillant een vibrerende frisheid terwijl de discrete mousse zorgt voor een romige textuur die de onderliggende mineraliteit perfect ondersteund. Een gedroomde aperitief die de klasse van een prachtige witte wijn combineert met het feestelijke en opwekkende van een geraffineerde mousserende wijn “ De extra jaren rijping zorgen voor een zinnenstrelende rijkheid, opgesmukt met een luxueus parelsnoer van bubbels, die de smaakpapillen van bij de eerste slok beroert en nooit meer lijkt los te laten …